´Terwijl ik schrijf vliegen er hoogst geciviliseerde menselijke wezens over en proberen mij te doden. Ze voelen geen vijandigheid jegens mij persoonlijk en evenmin voel ik vijandigheid jegens hen. Ze doen slechts hun plicht, zoals dat heet. Ongetwijfeld zijn de meesten van hen goedhartige ordelievende mannen, die er niet over zouden piekeren in hun persoonlijke leven ooit een moord te begaan. Anderzijds, als een van hen erin slaagt mij door een goed gemikte bom in stukken te rijten, zal hij er geen nacht slecht om slapen. Hij dient zijn land, dat de macht heeft hem absolutie te geven voor slechte daden. ´
Uit: England Your England, George Orwell, Londen februari 1941
Mijn favoriete schrijver is George Orwell. Bekend van zijn dystopische werken als Animal Farm of 1984. Maar wat mij betreft ongeëvenaard goed in Aan de grond in Londen en Parijs over zijn dakloze jaren, en in De Weg naar Wigan over het leven van de kompels in de kolenmijnen. Rauw en onverbloemd. Je ruikt de stank van de straat, proeft de smaak van het kolengruis.
Die vlammende pen komt ook terug in zijn essays, geschreven in de tweede helft van zijn veel te korte leven, tussen 1928 en 1950. Over de naderende oorlogsdreiging, antisemitisme en de besluiteloze Britse politiek. Over waarom de mensheid valt voor haat en nationalisme terwijl Europa wordt meegesleurd in een verwoestende oorlog. Tijdloos in schrijfstijl. Maar bovenal in zijn observaties over de menselijke kracht en tekortkomingen. Waarom er geschiedt wat er geschiedt.
England your England schrijft hij in Londen, tijdens de blitzkrieg van 1941, terwijl de Duitse bommenwerpers over zijn hoofd trekken en hun vernietigende lading toevertrouwen aan de zwaartekracht. In één treffende alinea legt hij de gecompliceerdheid van de gebeurtenissen bloot. De nietige mens te midden van de waanzin. Hoe nationalisme erin slaagt het kwade tot het goede te verheffen. Hoe smal de scheidslijn is tussen individuele verbondenheid en collectieve vijandschap.
Dat geciviliseerde en ordelievende mensen de ander met een welgemikte bom van het leven proberen te beroven zijn we nog niet verleerd. Vandaag schrijven we Kiev of Gaza in plaats van Londen. En hoe onheilsprofeten ´de ander´ tot vijand verheffen om mensen mee te sleuren in een politiek van polarisatie zien we niet aan de grenzen van ons continent maar in ons eigen landje.
Of ik te midden van dat alles, met de uitslag van 22 november nog vers in het geheugen, wil terugblikken op 2023. Op wat we als PvdA Den Bosch voor elkaar boksten. Dat doe ik dus met enig ongemak. Omdat in de maalstroom van deze ongemakkelijke tijd de kleine stappen voorwaarts in groot contrast staan met wat er zich voltrekt.
Het is een vraag die we onszelf met regelmaat moeten stellen. Doet het ertoe? Leggen we kleine steentjes (en soms grote) de goede kant op? Juist als de tijdgeest je er ook toe zou kunnen verleiden om je terug te trekken op je individuele terp – gaan we de strijd aan met het onbehagen?
Dan is er bijzonder veel, en zijn er vooral bijzonder veel mensen, om trots op te zijn. Ook in 2023.
Trots ben ik op Erik, Simone en Jannick. Die dit jaar hun gezinshuis verhuisden naar Engelen. Om een thuis te kunnen blijven bieden aan kinderen die een pijnlijke start in het leven kenden. Die bij hen ervaren hoe het is om er te mogen zijn. Om een tweede, derde en vierde kans te krijgen. Totdat het lukt.
Op onze Frank, die dit jaar de voorzittershamer van Brabantse Hart in Actie overnam. Niet om te vergaderen, maar om het goede te doen voor de velen onder ons die geen cent te makken hebben. Net als Lizette van Warm Buffet die vanuit haar huiskamer ook dit jaar weer meer voedselpakketten uitgaf.
Of op Osman, die tot ‘ie er bijna bij neerviel van vermoeidheid, samen met velen andere uit de Bossche gemeenschap vrachtwagens vol hulpmiddelen naar Turkije op weg stuurde. Om hulp te bieden aan de vele getroffenen bij de aardbeving van 6 februari dit jaar.
Op campagneheld Tim, die dit jaar twee verkiezingscampagnes mocht leiden, in nauwe samenwerking met de collega’s van GroenLinks. Die onze bakfiets naar alle uithoeken van de stad ploegde. Die, precies zoals we ‘m kennen, daar het liefst vooral géén complimenten voor wil. Terwijl ‘ie die meer dan verdiend heeft.
Op Fouad, die moeilijke weken doormaakte toen de Marokkaanse gemeenschap geraakt werd door woorden die onbedoeld maar toch pijnlijk waren. En die zich tot het uiterste gaf om verzoening te bewerkstelligen waar tweespalt dreigde.
En op Femke, die na vijf jaar onze vereniging met hart en ziel geleid te hebben, niet alleen het stokje doorgaf aan Joep, maar ook direct haar stempel drukte op de Bossche politiek. Door ervoor te zorgen dat ouders van schoolgaande kinderen met een klein inkomentje niet steeds maar weer de vernedering moeten doormaken om te vertellen dat ze de ouderbijdrage niet kunnen betalen.
Want resultaten boeken we – in gemeenteraad en college, samen met de vele anderen die daar hun steun en stem aan verlenen. En dat nog deze donderdag, net voor de kerst, de eerste dakloze inwoners die jarenlang in de opvang of op straat sliepen, de sleutel van een eigen thuis krijgen in de Dungense polder, daar drink ik er eentje op met de feestdagen.
Dat we met de plannen voor de duizenden woningen die dit jaar de raad passeerden tegenwoordig niet vooral dure maar vooral betaalbare woningen bouwen, ook daar mogen we best het glas op heffen. Want het maakt verschil in het leven van mensen dat van Tramkade tot Groote Wielen straks woningen verrijzen die voor zeventig procent betaalbaar zijn, en niet slechts voor veertig – zoals voorheen het geval was.
Het maakt verschil dat we onze wijken sneller vergroenen, verduurzamen en klimaatneutraal maken. Met bijzonder oog voor de tienduizenden inwoners die de overheid daar hard bij nodig hebben, middels een met vele miljoenen gevuld klimaatfonds.
Het maakt verschil dat we kinderen, voor wie dat niet altijd vanzelfsprekend is, in de wijk en op de school, extra liefde en aandacht geven, van opstaan tot slapengaan, in plaats van net zolang te wachten tot er jeugdzorg in een instelling nodig is.
Het maakt verschil dat we met het eerste Bossche Burgerberaad mensen uit alle wijken en dorpen, oud en jong, arm en rijk, hier of elders geboren, met de handen en het hoofd werkend, volgend jaar een stem geven. Om hen koers te laten bepalen op de vraag hoe we straks samen oud worden. Als we twee keer zoveel ouderen hebben en minder zorgwerkers. Hoe mooi dat ook onze eigen Riekie voor het burgerberaad werd ingeloot.
En het maakt verschil dat we miljoenen extra uittrekken voor mensen in armoede. Dat we jongeren met schulden er zo snel mogelijk uit helpen. Dat met een Bossche stadspas straks ieder kind en iedere ouder kan sporten, naar het theater kan – kan delen in het geluk van onze stad.
In een tijd waarin het schuurt in onze samenleving, waarin onze democratie soms in haar voegen kraakt, doet dat alles ertoe. Omdat sociale en veranderingsgerichte politiek harten raakt en hoofden weet te overtuigen als ze resultaten boekt. Als ze bruggen weet te slaan tussen al die mensen die met veelal gedeelde belangen te vaak tegenover elkaar staan.
Meer daarover in het nieuwe jaar.
Ik wens u allen fijne dagen, en een gezond, gelukkig en gedreven 2024.
Pieter Paul Slikker