Vijf vragen aan… Bram Stemerdink
In de rubriek vijf vragen aan… deze keer Bram Stemerdink
U bent geboren in Winterswijk en was jaren kamerlid en ook staatssecretaris en een jaar minister namens de Partij van de Arbeid. Hoe bent u eigenlijk in Den Bosch terechtgekomen?
In 1958 ben ik afgestudeerd aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda. Ik werd als officier geplaatst in Maastricht. Daar kreeg ik een ernstig ongeluk, ik verloor mijn rechter oog. Ik werd vervolgens op de Krijgsraad in Den Bosch geplaatst en afgezien van een korte periode in Leiden voor de laatste jaren van mijn rechtenstudie, en een paar jaar in Sint Michielsgestel, woon ik sinds eind jaren zestig in Den Bosch. Na mijn studie ging ik weer terug naar de Krijgsraad en werd daar secretaris, hetzelfde als griffier bij de rechtbank. Sinds 1969 woon ik onafgebroken in Den Bosch.
Wat was het mooiste moment in uw politieke loopbaan, en wat het vervelendste?
Het mooiste moment in mijn politieke loopbaan was de benoeming tot lid van de gemeenteraad in Den Bosch. Er hing politieke vernieuwing in de lucht, ik mocht daar aan mee doen. Geweldig! Het moeilijkste, vervelendste moment was de onontkoombaar gewelddadige oplossing van de Molukse kaping in 1977. Ik was toen minister van Defensie in het kabinet Den Uyl. Den Uyl ervoer deze oplossing als een nederlaag, ik ook.
Onlangs was u ook bij het bezoek van Minister Bert Koenders aan Boschveld. Wat is uw relatie met Bert Koenders en wat vond u van het bezoek?
Ik ken Bert Koenders al heel lang. Hij was vele jaren mijn medewerker in de Tweede Kamer, en een hele goeie! Een fijne vent, absoluut betrouwbaar, je kunt altijd op hem rekenen. Het bezoek aan Boschveld was buitengewoon plezierig. Uitstekend voorbereid, ontspannen sfeer, leuke gesprekken, tien met een griffel en een kus van de juffrouw.
U bent trouw lezer van onze lokale nieuwsbrief. Hoe kijkt u naar de lokale politiek en ook naar onze fractie die oppositie voert vanuit de waarden solidariteit, bestaanszekerheid en vooruitgang.
De fractie doet het goed, is actief en heeft regelmatig iets te melden. Ook de partij is actief, daar mankeert niets aan. Ik vind wel dat de laatste twee wethouders veel te vroeg uit de plaatselijke politiek zijn vertrokken. Een partij investeert in mensen, dan moet die kennis ook lang beschikbaar worden gesteld. Vooral Weterings heeft het er bij laten zitten.
Rob van Gijzel, scheidend PvdA-burgemeester in Eindhoven, beweert dat de democratie toe is aan een opknapbeurt. In plaats van 12 provincies en 390 gemeenten zou hij veertig regio’s willen. Hoe kijkt u daar tegenaan.
Tijdens het kabinet Den Uyl kwam de minister van Binnenlandse Zaken met het plan van de 24 mini-provincies. In de Rijnmond hebben we een samenwerkingsverband gehad onder voorzitterschap van André van der Louw. Kortom, nooit rust in de tent. Uiteindelijk zal het er wel van komen dat zich mini-provincies gaan vormen rond de grote steden. De 24 van het kabinet Den Uyl ?
Dit was de tiende “Vijf vragen aan…” Hier een overzicht